U bent hier: Home - Arbocatalogus timmerindustrie - Hul... - P - Persoonlijke adembesche...

Print deze pagina


Persoonlijke adembeschermingsmiddelen


In veel bedrijven wordt regelmatig gebruik gemaakt van adembeschermingsmiddelen. Deze middelen zijn niet bedoeld om min of meer continu te dragen. Het werken met adembeschermingsmiddelen is vermoeiend, onhandig en beperkt soms de bewegingsvrijheid. Bovendien is de bescherming niet altijd toereikend. Toepassing van deze middelen dient dan ook alleen onder bijzondere omstandigheden plaatste vinden. Dit geldt ondermeer voor:
  • het vervangen van filters in de filterinstallatie;
  • het uitvoeren van werkzaamheden in opslagsilo’s (bijvoorbeeld reinigingswerk of reparaties; denk hierbij overigens ook aan de risico’s op explosies (geen open vuur of vonken; gebruik vonkvrij gereedschap en apparatuur);
  • het uitvoeren van (weinig frequent uitgevoerde) bewerkingen waarbij niet of onvoldoende wordt of kan worden afgezogen en hoge houtstofconcentraties kunnen optreden (bijvoorbeeld bij het schoonmaken in de cabine van een 4-zijdige freesbank of bandherzaag);
  • het werken met houtsoorten waarvan inademing en huidblootstelling kunnen leiden tot overgevoeligheid, allergische reacties (bijvoorbeeld iroko, kamin, okoume, red cedar) of carcinogeen hardhout betreffen.

In al deze situaties dient adembescherming gedragen te worden.


Richtlijnen en tips
Om inademing van kankerverwekkend houtstof zo laag mogelijk te laten zijn of te voorkomen zijn vele soorten maskers en filters verkrijgbaar. Een juiste keuze en toepassing is van belang om een goede werking te garanderen. Een goede aansluiting op het gezicht is een basisvoorwaarde voor goede filtering. Baarddragers zijn daarbij in het nadeel.

Het best toepasbare beschermingsmiddel is een airstream (verse lucht) kap of halfgelaatsmasker, voorzien van aanblaasfilter. Dit aanblaasfilter moet voorzien zijn van een deeltjesfilter van minimaal P3-kwaliteit. Na een gewenningsperiode blijkt dit type adembescherming over het geheel genomen goed gewaardeerd te worden. Daarnaast voldoet ook een (liefst half gelaats)masker met filter van minimaal P3-kwaliteit.



Ten minste P3

Ongeschikt voor stof van hardhout maar in de praktijk veel gebruikt is het stofkapje of zogeheten snuitje (kwaliteit P2). De grofstofversie (kwaliteit P1) houdt alleen grof stof tegen en biedt geen bescherming tegen fijn houtstof. Het fijnstofmasker daarentegen (kwaliteit minimaal P2) kan alleen gedragen worden ter bescherming tegen (verdacht carcinogene) houtstofdeeltjes van naaldhout = zachthout. Het is wel aan te raden te kiezen voor een snuitje dat voorzien is van een uitademventiel (dit vergemakkelijkt het uitademen en verhoogt daarmee het draagcomfort).

N.B.: ten aanzien van huidblootstelling in de bovengenoemde situaties wordt aanbevolen om huidcontact te voorkomen door het dragen van kleding met lange goed aansluitende mouwen en eventueel beschermende stoffen handschoenen.
Het is niet toegestaan om bij houtbewerkingsmachines met handmatige doorvoer handschoenen te dragen vanwege nagrijp effecten door het snel draaiende snijgereedschap.

 
 
 

< terug naar vorige pagina